De naam “rozijn” hebben we afgekeken van het Franse woord “raisin”, wat “druif” betekent. Dus eigenlijk hebben we het een beetje verkeerd vertaald, maar een kniesoor die daar over valt. Rozijnen zijn dus gedroogde druiven en Sultana rozijnen zijn gedroogde (pitloze) Sultana druiven – een specifiek en van nature zoet druivenras.
Druiven drogen doet de mens al een paar duizend jaar – vermoedelijk waren de Egyptenaren de eersten en ook de oude Grieken en Romeinen waren dol op deze natuurlijke snoepjes. Want snoepjes zijn het! Voor kind en volwassene, zo uit het vuistje. Of in gebak, koek, muesli en desserts. En evengoed in warme, hartige gerechten: in tajines, bij stoofgerechten en voor een verrassende noot in risotto van (oer)granen met bijvoorbeeld gerookte makreel en pijnboompitjes!